Hier vind je overblijfselen van een aarden fort uit het begin van de 18de eeuw en de site van een in 1956 afgebroken kasteel. Zijn naam verwijst naar de Oostenrijkse landvoogd Maximiliaan van Beieren. Een netwerk van paden laat je kennis maken met een gevarieerd landschap met vooral bos, weiden, aarden wallen, gedeeltelijk dichtgegroeide grachten, de overblijfselen van een ommuurde moestuin, een hoevecomplex en kromgewaaide Marilandica-populieren.
Een unieke plek in de stad met een boomgaard en weiden met grazende koeien. Hier werd tussen 1628 en 1642 een nieuwe cisterciënzerabdij (de Duinenabdij) opgetrokken die faam zou verwerven door de rijkdom en wijsheid van haar bewoners. Tijdens de Franse Revolutie werd de abdij tot nationaal goed verklaard en werden de abt en zijn monniken verdreven. De abdijgebouwen deden achtereenvolgens dienst als militair ziekenhuis, militaire opslagplaats en koninklijk atheneum, voor ze in 1833 onderdak boden aan het Grootseminarie, waar tot 2018 katholieke priesters opgeleid werden. Vandaag is het Grootseminarie een opleidings- en vormingshuis voor het bisdom.
De Basiliek van het Heilig Bloed bestaat uit een benedenkapel en bovenkapel. De benedenkapel, toegewijd aan Sint-Basilius, is een zeldzaam voorbeeld van romaanse architectuur in de kuststreek. De sober versierde bidruimte wordt overwelfd door stenen graatgewelven rustend op zware pijlers. Boven de ingang van de zijbeuk bemerk je een merkwaardig halfreliëf met voorstelling van het Doopsel van Christus (Doorniks atelier 12de eeuw). Via het trappenhuis Ter Steeghere, met gereconstrueerde arduinen gevel in overgangsstijl van laatgotiek naar vroegrenaissance, bereik je de bovenkapel. De relikwie van het Heilig Bloed, die door de kruisvaarders naar Brugge zou zijn gebracht, wordt hier bewaard in de Heilig-Bloedkapel. De kapel werd in de 15de eeuw in gotische stijl verbouwd, maar is vooral belangrijk door haar 19de eeuwse neogotische aankleding. De kerk werd in 1923 tot basiliek verheven, vanwege de bijzondere verering van het Heilig Bloed.
De torenspits van deze kerk bepaalt, samen met het Belfort en de Sint-Salvatorskathedraal, de skyline van Brugge. Met zijn 115,5 meter is dit de op één na hoogste bakstenen toren ter wereld. Het kerkinterieur schittert, na verschillende restauratierondes, in alle pracht en praal.
Binnenin deze kerk wacht je een wereld vol kunstschatten, met als absolute topstuk Michelangelo’s marmeren Madonna met kind. Dit verfijnde beeld was oorspronkelijk bedoeld voor het Piccolomini-altaar in de kathedraal van Siena (IT), maar de in Italië gevestigde Brugse handelaarsfamilie Moucron kocht het van de beeldhouwer en liet het naar Brugge verschepen.
In het hoogkoor van de kerk zie je verder niet alleen het imposante Passiedrieluik van de hofschilder van Margaretha van Oostenrijk, Bernard van Orley, maar ook de 15e en 16e-eeuwse praalgraven van Karel de Stoute en zijn tragisch verongelukte dochter Maria van Bourgondië.
De kerk is een schoolvoorbeeld van baksteengotiek, maar is tegelijk uitzonderlijk door de eeuwenoude verbinding met het Gruuthusepaleis via de bidkapel in het hoogkoor.
De familie Adornes, afkomstig uit het Italiaanse Genua, ontwikkelt het domein in de 15de eeuw. Ze bouwen er de Jeruzalemkapel, enkele godshuizen en een herenwoning. De familiekapel wordt ingewijd in 1429 en is geïnspireerd op de heilig Grafkerk in Jeruzalem. In het Adornesdomein, dat nog altijd in familiebezit is, maak je kennis met deze vooraanstaande koopmansfamilie in het Brugge van de 15de eeuw. In het bijzonder leer je Anselm Adornes beter kennen, de meest bekende telg van de familie. Handel, diplomatie en devotie vormden de rode draad in zijn leven. Afsluitend geniet je van de elegante en familiale sfeer van de Scottish Lounge.
Apotheek Sint-Janshospitaal
Het stadspaleis van de heren van Gruuthuse is na een grondige restauratie een absolute blikvanger. De gevels zien er stralend uit. Vernieuwde zalen, een nieuw museumconcept en bijzondere collectiestukken wachten om herontdekt te worden.
Het Gruuthusemuseum neemt je mee naar drie cruciale periodes in de rijke Brugse geschiedenis. De Bourgondische bloeiperiode van de stad, de iets minder bekende 17e en 18e eeuw en de historistische ‘heruitvinding’ van Brugge in de 19e eeuw.
Deze drie periodes komen tot leven in meer dan 600 collectiestukken die elk een eigen verhaal vertellen. Van majestueuze wandtapijten tot unieke gotische glasramen, van elegante houtsculpturen tot historisch kant, schilderijen, porselein en zilver. Blikvanger is de authentieke laat-15e-eeuwse bidkapel die de verbinding maakt tussen het paleis en de Onze-Lieve-Vrouwekerk, met uitkijk op het gotische koor van de kerk.
In de eerste zaal hangt het portret van Lodewijk van Gruuthuse, de man die dit stadspaleis zijn grandeur gaf in de 15e eeuw. Hij was een gewiekst zakenman, een getalenteerd diplomaat, een mecenas en cultuurliefhebber.
De belangrijkste Brugse toren stamt uit de 13de eeuw, is 83 meter hoog en beschermd als werelderfgoed. Wie de 366 trappen beklimt, wordt beloond met een adembenemend uitzicht over Brugge en omstreken. Op weg naar boven kun je halt houden in de schatkamer waarin de middeleeuwen de stadskeuren, het stadszegel en de stadskas werden bewaard. Verder kom je de indrukwekkende muziekrol tegen die de beiaard aanstuurt, en het klavier waarop de stadsbeiaardier de 47 beiaardklokken bespeelt.
Op wandelafstand van het historische centrum en de vele hotels en restaurants, makkelijk bereikbaar met de wagen en het openbaar vervoer. De Concert- en congreszaal biedt plaats aan 1289 personen en is wereldwijd geroemd voor de buitengewone akoestiek. De Kamermuziekzaal is perfect voor seminaries en biedt plaats aan 320 personen (met projectiescherm 250 pers.). Uniek uitzicht op de Brugse binnenstad en omgeving vanuit Forum 6 en 7. Ontdek alle mogelijkheden via de “virtual tour” op de website.
Wenst u een receptie of walking dinner te organiseren op de Foyers en Foyer Parterre? Neem dan gerust contact op zodat we samen de mogelijkheden kunnen bekijken.
De Brugse Stadsschouwburg (1869) is één van de best bewaarde stadstheaters in Europa. Cultuurcentrum Brugge gebruikt de historische Stadsschouwburg (met een 650-tal pluchen zetels) als een belangrijk platform om nationale en internationale topproducties te presenteren van hedendaagse dans, theater en concerten.