The belfry of Menen has had a turbulent history which the building still bears witness to. In 1999 it was listed as a UNESCO world heritage Site.

The belfry's first stone was laid in 1574, but the religious wars forced the city to halt the construction works only two years later. The works were resumed in 1610. Built out of natural stone, the base was topped with a brick superstructure, which was crowned with a wooden spire featuring a domed roof and a lantern. The spire was shot off by French troops twice, once in 1706 and once in 1794. A storey was added with each repair, which explains why the building now has four storeys.

Ontdek vanaf 4 mei 2024 het Westerpunt in De Panne, een 6 meter hoog architecturaal juweel op de wandeldijk naar Frankrijk. Ontworpen door Studio MOTO, biedt het een symbolische verbinding tussen zee, duinen en bewoners, met een adembenemend 360-graden uitzicht naast de duinen en Westhoekreservaat.

De Stationsput werd aangelegd in de late 19de eeuw om de stoomlocomotieven van het station Oostende van water te voorzien. De pompen van de Pompentoren trokken water uit de Stationsput en stuurden dit via leidingen naar het station van Oostende. Dankzij Horizon 2025 krijgt de Pompentoren een nieuwe invulling als uitkijkpunt over het volledig vernieuwde landschapspark en de wijde omgeving.

De toren van de Sint-Maartenskerk in Kortrijk is een van de opvallende bakens van de skyline van de stad. Vanop de rondgang rond de toren is er een fantastisch zicht op de stad en de ruime omgeving.

Gratis tickets kunnen besteld worden via www.visitkortrijk.be/nl/sint-m... (bezoek reserveren tussen 10u-16u).

De neogotische Sint-Annakapel werd in 1864 gebouwd, maar werd om onduidelijke redenen nooit ingewijd. Recent, bijna twee eeuwen later, werd ze in ere hersteld en heeft ze een functie die nauw aanleunt bij haar oorspronkelijke doel: het samenbrengen van mensen. Binnen de contouren van de kapel vormen twee prachtige ruimtes een katalysator voor de buurt én voor de streek om sociale initiatieven mogelijk te maken.

De kapel wordt nu vergezeld van een ‘vestibule’ in de vorm van een betonnen sculptuur. Dit verdoken trappenhuis met Escher-achtige allures leidt de bezoeker langs panoramische taferelen naar boven. De betontexturen die vervaardigd werden door een combinatie van poëtische ambacht en innovatieve robotica, wonnen reeds een Henry van de Velde Gold Award.

Op het dak, tussen de gevels van de kapel, ontvouwt zich een magnifiek zicht op de streek. Van hieruit krijg je een ongekend perspectief op de Meikensbossen en de Poelberg. Als je goed kijkt, kan je zelfs de kerktorens van Marialoop en Dentergem spotten.

Ontdek de Sint-Annakapel langs het wandelnetwerk Poelberg-Meikensbossen.

De Sint-Niklaaskerk is een opvallend zicht in het glooiende landschap met zijn unieke koepelvormige top op de toren. De Mesenaars noemen de toren “de dikkop” en ook worden de inwoners hiernaar vernoemd. Terwijl je de 214 treden van de kerktoren beklimt kun je halfweg even verpozen in de tentoonstelling ‘Feniks : Mesen, kleine stad, grootse geschiedenis’. Deze tentoonstelling belicht de verschillende facetten van Mesen door de eeuwen heen. Als je bijna de top van de toren bereikt wandel je langs de vredesbeiaard met zijn 58 klokken.

Eenmaal boven geniet je van een fenomenaal panoramisch uitzicht over de stad, haar omgeving tussen West-Vlaamse heuvels en de Noord-Franse vlaktes.

Ontdek de kleinste stad van België aan de hand van de mooie stadswandelroute Mesen.

Het uitkijkplatform is elke dag open van 10u tot 17u.

De indrukwekkende bakstenen kerk uit de 13 de eeuwse, gebouwd in vroeggotische stijl, kreeg de naam Onze-Lieve-Vrouw Bezoekingskerk. De kerk heeft een merkwaardig interieur met onder meer een imposante orgelkast, bekende schilderijen en een eeuwenoude predikstoel. De kerk is dagelijks gratis te bezoeken van 10u tot 16u (in de zomermaanden tot 18u).

Torenbezoek:Beklim de 264 treden van de kerk en geniet, terwijl je ongeveer 50 meter boven de grond zweeft, van een uniek panorama!

Op 24 meter hoogte geniet je van een adembenemend 360° uitzicht over de historische komgronden rond Lampernisse, van de West-Vlaamse heuvels tot aan de Kust. De toren telt 126 trappen en op weg naar de top leer je dat dit schijnbare 'niet' boogt op een rijk gevulde geschiedenis. Herenboer Nicolaas Zannekin en auteur Clem Schouwenaars gidsen je naar boven en geven je informatie over het landschap en de geschiedenis van de streek.

De kerktoren is dagelijks gratis toegankelijk tussen 9u en 17u.

Recht tegenover de weide van Festival Dranouter - op het dak van concertwerking Muziekcentrum Dranouter, het restaurant Eetcafé ‘t Folk, het spelletjesparcours De Klankmakerij, de burelen van Festival Dranouter en Vakantieverblijf De Backstage**** - is er met 'Het Klankpanorama' nog een éxtra beleving bij. Op dit panoramisch dakterras met 360° view heb je een adembenemend zicht...

Met zijn lange gebogen sprieten, verwijzend naar het typische helmgras, is de Warandetoren een opvallende en ranke verschijning. Vanop de basis (7 meter) krijg je een mooi uitzicht op de Warandeduinen, een heel waardevol natuurgebied met bijzondere planten en dieren. Wie tot boven klimt (20 meter) kan, als een matroos in zijn kraaiennest, naar de horizon turen: Middelkerke en Westende, de uitgestrekte polders en uiteraard de zee… Schip ahoi!De stalen constructie - een uitdaging voor de architecten en ingenieurs - werd gebouwd bovenop de restanten van de oude watertoren. Die verdween maar zijn oorspronkelijke functie niet. Nog altijd wordt van hieruit een groot deel van Middelkerke van drinkwater voorzien.Ontwerp: Architecten Delobelle.

Un endroit unique dans la ville, avec un verger et des prés où paissent des vaches. C’est à cet endroit que fut fondée entre 1628 et 1642 une nouvelle abbaye cistercienne (l’Abbaye des Dunes) qui allait devenir célèbre en raison de la richesse et de l’érudition de ses habitants. Durant la révolution française, l’abbaye fut nationalisée et l’abbé et ses moines furent chassés. Les bâtiments de l’abbaye ont successivement servi d’hôpital militaire, d’entrepôt militaire et d’athénée royal, avant d’abriter en 1833 le Grand Séminaire où des prêtres catholiques ont été formés jusqu’en 2018. Aujourd’hui, le Grand Séminaire est un centre de formation pour l’évêché.

Le Basilique du Saint-Sang se compose d’une chapelle inférieure et d’une chapelle supérieure. La chapelle inférieure, dévouée à Saint-Basile, est un rare exemple d'architecture romane dans la région côtière. La salle de prière sobrement décorée abrite des voûtes en pierre qui reposent sur de lourds piliers. Au-dessus de l'entrée de la nef latérale trône un remarquable demi-relief représentant le Baptême du Christ (atelier du XIIe siècle à Tournai). La cage d’escalier Ter Steeghere, avec sa façade en pierre bleue dans un style transitoire du gothique tardif vers le début de la Renaissance, permet d’accéder à la chapelle supérieure. La relique du Saint-Sang, qui aurait été amenée à Bruges par les croisés, est conservée ici dans la chapelle du Saint-Sang. La chapelle a été construite au 15e siècle dans un style gothique, mais est surtout importante en raison de son décor néo-gothique du 19e siècle. L'église a été élevée au rang de basilique en 1923 en raison du culte spécial du Saint-Sang.

La flèche de cette église dessine la 'skyline' de Bruges, avec le Beffroi et la cathédrale Saint-Sauveur. Avec ses 115,5 mètres, il s'agit de la deuxième plus haute tour en brique au monde. L'intérieur de l'église resplendit à nouveau fastueusement, après diverses restaurations.

À l’intérieur, vous trouvez une riche collection d’art, avec, en chef-d'œuvre absolu, la Vierge à l'Enfant en marbre de Michel-Ange. Initialement créé pour l'autel Piccolomini de la cathédrale de Sienne (IT), la statue fut achetée au sculpteur et expédiée à Bruges par la famille de commerçants brugeois Moucron, installée en Italie. Le chœur de l'église accueille un imposant triptyque faisant le récit de la Passion, du peintre de la cour de Marguerite d'Autriche, Bernard van Orley, ainsi que les mausolées des 15e et 16e siècles de Charles le Téméraire et de sa fille, Marie de Bourgogne, qui connut une fin tragique.

L'église est un exemple typique du gothique en brique, mais est également exceptionnelle par l'oratoire qui relie le chœur au palais Gruuthuse.

La famille Adornes, originaire de Gênes en Italie, a développé le domaine au 15e siècle. Les membres de la famille y ont construit la Chapelle de Jérusalem, plusieurs maisons-Dieu et un hôtel particulier. La chapelle familiale a été consacrée en 1429 et s'inspire de l’église du Saint-Sépulcre de Jérusalem. Dans le domaine des Adornes, qui appartient toujours à la famille, vous faites la connaissance de cette importante famille de négociants à Bruges au 15e siècle. Vous découvrez en particulier Anselm Adornes, le membre le plus célèbre de la famille. Le commerce, la diplomatie et la dévotion ont constitué le fil conducteur de sa vie. Enfin, vous profitez de l'ambiance élégante et familiale du Scottish Lounge.

Pharmacie de l'Hôpital Saint-Jean

Le palais de ville des seigneurs de Gruuthuse a subi une restauration en profondeur et attire désormais indéniablement le regard. Les façades sont éclatantes de beauté. Des salles rénovées, un nouveau concept muséal et des pièces de collections spéciales y accueillent le visiteur.

Le Gruuthusemuseum vous emmène à travers trois périodes cruciales de la riche histoire brugeoise. La florissante période bourguignonne, les 17e et 18e siècles un peu moins connus et la 'redécouverte' historique de Bruges au 19e siècle.

Ces trois périodes prennent vie à travers plus de 600 pièces, qui racontent chacune une histoire. Des tapisseries majestueuses aux vitraux gothiques uniques, des élégantes sculptures en bois à la dentelle historique, des peintures à la porcelaine en passant par l'argenterie. À ne manquer sous aucun prétexte : l'authentique oratoire de la fin du 15e siècle, qui relie le palais à la Onze-Lieve-Vrouwekerk (Eglise Notre-Dame), avec vue sur le chœur gothique de l'église.

La première salle expose le portrait de Lodewijk van Gruuthuse, l'homme qui donna au palais sa splendeur au 15e siècle. Lodewijk était un homme d'affaires futé et un diplomate aguerri, un mécène et un amateur de culture.

La tour la plus importante de Bruges date du XIIIe siècle, mesure 83 mètres de haut et est classée au patrimoine mondial de l’humanité. Ceux qui graviront ses 366 marches seront récompensés par une vue époustouflante sur Bruges et ses environs. En chemin, arrêtez-vous dans la trésorerie où l’on gardait, au Moyen-Âge, le sceau et la caisse de la ville, et découvrez l’impressionnant rouleau de musique du carillon et le clavier sur lequel le carillonneur de la ville joue les 47 cloches du carillon.

deux pas du centre historique et de nombreux hôtels et restaurants, le Concertgebouw est facilement accessible en voiture et en transports en commun. Avec sa capacité de 1 289 places, la Salle de concert et de congrès (Concertzaal) est réputée dans le monde entier pour son acoustique exceptionnelle. La Salle de musique de chambre (Kamermuziekzaal) est parfaite pour les séminaires, où vous pouvez convier jusqu’à 320 personnes (250 personnes avec l’écran de projection). Vue unique sur le centre-ville et les environs depuis le Forum 6 et le Forum 7. Le site Internet de l'établissement vous invite à une visite virtuelle afin que vous puissiez découvrir toutes les possibilités que vous offre le Concertgebouw.

Vous souhaitez organiser une réception ou un walking dinner aux Foyers et au Foyer Parterre ? N'hésitez pas à nous contacter pour que nous puissions examiner ensemble les possibilités offertes.

Lorem ipsum